top of page

Boer kan telen voor de bouw

Dat brengt voordelen met zich mee voor boer, bouw en milieu

4 april 2022

Boer kan telen voor de bouw

Bouwen met grondstoffen die van de boer komen, biedt veel mogelijkheden voor boeren en bouwers. Deze biobased bouwmaterialen kunnen een inkomstenbron worden voor boeren en tegelijkertijd wordt in het bouwmateriaal jarenlang CO2 vastgelegd. Desondanks staat de keten voor biobased bouwen nog in de kinderschoenen.

De teelt van gewassen voor biobased bouwmaterialen kan een serieus bedrijfsonderdeel worden. Boeren moeten dan wel het idee loslaten dat ze voornamelijk voedsel produceren, zeggen Jan Rotmans en Jan-Willem van de Groep. 'Het verdienmodel zit in koolstofopslag.' Boeren die niet alleen gewassen verbouwen voor op het bord, maar ook voor de bouw. Vezelgewassen als hennep, miscanthus, vlas of lisdodde kunnen goed worden verwerkt in bouwmaterialen.

Dat brengt voordelen met zich mee voor boer, bouw en milieu. Jan Rotmans, hoogleraar duurzaamheid en transitie, en Jan-Willem van de Groep, transitiemaker, pleiten voor een omslag. De tijd is er rijp voor, vinden ze. Urgentie voor de omslag is er ook, vindt Rotmans. 'Er is een klimaatprobleem, dat dwingt je CO2-emissie te minderen en CO2 op te slaan. Er is een stikstofprobleem. En er is een biodiversiteitsprobleem.'

Ook zelfvoorzienend voor grondstoffen

Er speelt nog een actuele ontwikkeling, vult Rotmans aan. 'Wat we hebben geleerd van corona en de oorlog in Oekraïne is dat we meer zelfvoorzienend moeten zijn voor grondstoffen en voeding. Het langetermijnperspectief is dat we meer naar regionale voedselteelt toegaan en niet de pretentie moeten hebben dat we de wereld moeten voeden.' Rotmans ziet drie richtingen voor de landbouw: regionale circulaire landbouw, zilte landbouw en grondstoffenteelt.

'We kunnen de klimaatdoelen van Parijs niet halen zonder op grote schaal CO2 vast te leggen', verduidelijkt Rotmans. 'Dat kan op drie manieren: koolstof afvangen en ondergronds opslaan, herbebossing en met landbouw. Het allermooiste vind ik dat je boeren perspectief geeft. Je geeft ze een nieuwe rol als grondstoffenleverancier voor een biobased industrie. Daarbij kun je de bouw voorzien van grondstoffen en tegelijkertijd CO2 vastleggen.'

Verdienmodel zit in koolstofopslag

In dit licht ontstaat er ruimte voor teelt van vezelgewassen en gebruik van reststromen voor bouwmaterialen. Van de Groep werkt met ondernemers en overheden aan sluitende businessmodellen. 'Het verdienmodel zit in de koolstofopslag', zegt hij. Boeren leggen CO2 vast in gewassen. Die gewassen worden verwerkt tot bouwmateriaal en daarmee wordt koolstof voor meer dan 100 jaar opgeslagen in gebouwen.

'Bedrijven als Shell leggen ook CO2 vast. Het kost hen 100 euro per ton om CO2 op te slaan onder de Noordzee. Als wij onze boeren op dezelfde manier zouden waarderen, dan lijkt me dat een betere uitgave', vindt Van de Groep.

In de plannen voor het Klimaatfonds en het Stikstoffonds van het kabinet staat deze nog optie niet benoemd, tot onbegrip van Van de Groep. 'Ik heb uitgerekend dat als je 10 procent van het stikstoffonds gebruikt om ketenontwikkeling rondom biobased bouwmaterialen te stimuleren, je het snel in de benen hebt geholpen. Als we dit goed aanpakken, kunnen we binnen acht jaar 13 megaton CO2 besparen. Dat is evenveel als de hoeveelheid gas die we nu gebruiken voor het verwarmen van gebouwen.'

Aanvulling op extensivering

Van de Groep denkt dat de gewassen een prima aanvulling zijn op het teeltplan. 'Het is een politiek gegeven dat er wordt afgeschaald met veehouderij. In gebieden waar je gaat extensiveren, kun je de combinatie maken van vezelteelt en natuur. Diverse gewassen passen daar ontzettend goed in. Omdat die zowel een verdienmodel bieden voor de boer en goed zijn voor het herstelvermogen voor de bodem en de biodiversiteit. Die combinatie creëert win-win-kansen.'

Met 'bouwmaterialenteelt' wordt gelijk een alternatief geboden aan boeren, vindt Van de Groep. Wel zal de omvang en het soort gewas per bedrijf verschillen. 'Het hoeft niet meteen grootschalig. We moeten een keten bouwen en onderzoeken hoe de verwerkende industrie daar een plek in krijgt, zodat we van vezels bouwmaterialen kunnen maken. Met die zoektocht zijn we nu mee bezig.'

Beginnen met vijftig keer 2 hectare

Als voorbeeld noemt Van de Groep een loonwerker die de maisteelt voor zijn klanten verzorgt. 'Als dat bedrijf bij vijftig klanten start met 2 hectare, dan kun je beginnetjes maken en daarna opschalen.'

Van de Groep is zeven ketens aan het opzetten. Hij is in gesprek met boeren, producenten van bouwmaterialen en bouwondernemingen die vooral industrieel bouwen. 'De vraag aan de afnemers is onder welke condities zij de vezels willen afnemen. Dat gaat uiteraard over kosten, maar ook om een heleboel andere zaken, zoals leveringszekerheid, technische specificaties en certificeringen.'

'Daarna kom je in een proces om te achterhalen onder welke condities de rest van de keten daar invulling aan kan geven', vervolgt Van de Groep. 'Aan boeren stellen we de vraag wat zij kunnen doen. Het is schaken op veel borden tegelijk, met een fors kip-eigehalte.'

De meest haalbare optie is om vezelgewassen als hennep, vlas, lisdodde en reststromen te verwerken in plaatmateriaal, isolatiemateriaal in de vorm van wol en inblaas-isolatie, en vezels voor toepassing in composieten.

Voor een miljoen woningen

De focus ligt op nieuwbouw, met een kabinetsambitie voor een miljoen nieuwe woningen in het komende decennium. 'Dit is het moment', zegt Rotmans. 'Daar moeten we een voet tussen de deur krijgen, zodat een behoorlijk deel van de woningen niet van cement en beton worden gemaakt, maar van biobased materiaal. De meeste slagen kun je maken in bestaande bouw, in isolatiemateriaal.'

Om het businessmodel en een bijbehorende keten in de benen te krijgen, moeten vraag en aanbod worden gestimuleerd, zegt Rotmans. 'Anders krijg je vraag en aanbod niet tegelijk op gang. Het kan niet anders dan dat je dat met grote partijen doet. De opdrachtgevers en de aanbieders moeten doorbraakprojecten starten.' Rotmans stelt dat de doorbraak op verschillende manieren in gang kan worden gezet, bijvoorbeeld met overheidsbeleid met fiscale aanpassingen en subsidies. 'Dat is nodig want de businesscase kan nog niet uit. Dan is er technologische innovatie waarmee ook nog een wereld valt te winnen.'

Het derde punt zijn sociale normen en gedrag. 'Bij bouwers moet de mentale knop om, want bouwers zijn gewend alles met beton en cement te doen. Ook de sociale normen zijn belangrijk. De sociale norm moet over vijf jaar zijn dat bouwen met alleen beton en cement wordt gezien vervuilend; niet duurzaam en niet circulair. Je ziet dat best snel veranderen.'

De boerentrots terug

'Ik wil inzetten op de mentale knop. Kunnen we de belangrijkste bouwproducenten beïnvloeden om duurzaam bezig te zijn met natuurlijk materiaal? Kunnen boeren grondstoffenteler worden, hun trots terugkrijgen en bijdragen aan de circulaire economie? Ik merk dat mensen in deze tijd van chaos gevoelig voor zijn voor deze vraagstukken. Ze willen positieve impact creëren. Ze willen niet bijdragen aan verdere afbraak van het klimaat. Dat gaat nu snel en dat komt door de drievoudige crisis.'

De reacties van boeren zijn wisselend, heeft Van de Groep gemerkt. 'Er zijn boeren die het een prima idee vinden als er gegarandeerde inkomsten tegenover staan. Anderen hebben moeite om van food naar non-food te gaan.'

In de opstartfase is deze houding logisch, vindt Rotmans. 'Het is niet zo gek dat veel mensen afwachtend zijn. Je wilt bewijs om je heen dat het werkt. Dat is er niet en dus ben je sceptisch. De grootste barrière zit altijd tussen de oren. Het zou enorm helpen als een paar boeren laten zien dat het wel kan.'


Dit artikel verscheen op Nieuwe Oogst. Lees vooral ook daar het hele artikel, het is aangevuld met voorbeelden en korte interviews met:


  • Innovatiemanager Coen Verboom van Bouwgroep Dijkstra Draisma die met Lisdodde woningen willen isoleren

  • Melkveehouder Jan Hania in het Friese Westergeest die een blok veenweidegrond beschikbaar stelde om lisdodde te kweken

  • De visie van Willem Böttger, lector biobased bouwen aan Avans Hogeschool in Breda

  • Een interview met transitieconsultant Ton Voncken, die voor ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) een economische verkenning naar de ontwikkeling van een biogrondstoffen deed





De foto bovenaan dit artikel komt ook van Nieuwe Oogst en is © ANP Persbureau

Gideon wit.png
bottom of page